Het Pensioenfonds PGB heeft aan veel bedrijven in de Nederlandse kottervisserij een vragenlijst gestuurd om vast te stellen of er door de eigenaar van het visserijbedrijf verplicht moet worden deelgenomen in het Pensioenfonds Zeevisserij. Na overleg hierover met het PGB-Pensioenfonds adviseren wij de leden om deze vragenlijst niet terug te sturen. Er komt binnenkort vanuit het PGB-pensioenfonds duidelijker informatie beschikbaar.
Het Pensioenfonds PGB is actief in de zeevisserij. De trawlersector kent bijvoorbeeld werkgever-werknemer-verhoudingen en de werkgevers in de pelagische sector nemen ten behoeve van hun bemanningen (werknemers) verplicht deel in het pensioenfonds Zeevisserij.
Het Pensioenfonds heeft van de overheid opdracht gekregen onderzoek te doen of meer ondernemingen, die via registratie in de Kamer van Koophandel aangeven een zeevisserij-bedrijf te exploiteren, verplicht zijn deel nemen in het pensioenfonds.
In de Kottersector kennen we GEEN werkgever-werknemer-verhoudingen maar worden de visserijactiviteiten uitgevoerd in een maatschap die de eigenaar van het vaartuig en de opvarenden schriftelijk met elkaar aangaan. Hierdoor zijn de maten in de maatschap fiscaal gezien kleine zelfstandigen.
De eigenaar van het schip brengt het vaartuig in de maatschap in en de bemanningsleden hun “kennis en vlijt”. Inkomsten van de maten via het deelloon zijn afhankelijk van de resultaten die in de maatschap gerealiseerd worden.
Het pensioenfonds PGB heeft ook een vragenlijst verspreid onder bedrijven in de Kottervisserij en sommige vragen kunnen voor verwarring zorgdragen. Vandaar is besloten dat de PGB deze zaak opnieuw gaat bekijken wat kan resulteren in een nieuwe brief. Wij adviseren de leden informatie hierover af te wachten.
Uiteraard zal VisNed, in overleg met PGB-pensioenfonds, ontwikkelingen nauwgezet blijven volgen en de leden hierover informeren.