Garnalen zijn een niet gequoteerde soort, waardoor het niet mogelijk is om de visserij te reguleren middels TAC’s en quota. De visserijorganisaties en ngo’s vinden beheer echter wel nodig. Zij overleggen samen in de Noordzeeadviesraad (NSAC) waarin ze werken aan een advies om inbedding te krijgen in het EU beleid, op basis van het door MSC gecertificeerde vrijwillige beheer.
Het werk van de NSAC focusgroep was opgeschort om verwarring met het MSC proces te voorkomen, maar na vier jaar is dit weer opgepakt. Allereerst werd alle literatuur rondom garnalenbeheer in kaart gebracht. Dat gebeurde door vragen te stellen over biologie, over het berekenen van de visserij intensiteit, over de vlootomvang, over seizoenspatronen. Alle stukken die gebruikt zijn kunnen gevonden worden op de website van de NSAC https://www.nsrac.org/previous-meetings/
Wetenschappelijke basis
Een sterk advies is gestoeld op een wetenschappelijke basis. De vergadering van afgelopen week was de afronding van het proces van gegevens verzamelen. De Duitse wetenschappers Axel Temming en Georg Respondek van de Universiteit Hamburg namen aan het overleg deel en beantwoordden vele vragen; over de effecten van verbeterde efficiency van schepen, over de veranderingen in de biologie (minder kabeljauwachtigen) en over de lokale verschillen (zuid vs. noord en oost vs. west).
Bij veel vraagpunten kwamen biologische en economische aspecten samen om de hoek. ICES heeft een belangrijke rol in de wetenschappelijke basis van het advies, deze zomer komt de werkroep van ICES (WGCRAN) bijeen en ook die uitkomsten vormen voor de NSAC een belangrijke bron van informatie.
Advies in najaar
De focusgroep gaat nu concreet teksten produceren voor het advies, wat dit najaar gereed moet zijn. Die aanbevelingen worden dan besproken met de lidstaten, om te komen tot een vorm van gezamenlijk beheer, wat samenhangt met het komen tot een passende vlootomvang. Wanneer er wensen zijn om te saneren, dan zal dat onderbouwd moeten zijn en hier speelt dit advies een belangrijke rol in.