Bij het aantreden van haar Europese Commissie eind 2019 presenteerde voorzitter Ursula vonder Leyen haar team als ‘het groenste ooit’. Dat resulteerde concreet in de EU Green Deal, die nu geconcretiseerd wordt in een aantal plannen, waaronder het plan om de uitstoot van broeikasgassen in de EU met 55% te reduceren. Het plan heet ‘Fit for 55’ en omvat voorstellen die ook de visserij zullen raken en geld zullen gaan kosten. Maar dat is niet de enige vergroening die op vissers af komt.
Het vorige week door Eurocommissaris Frans Timmermans gepresenteerde Fit for 55 plan is een voorstel van de Europese Commissie voor invulling van eerder aangenomen wetgeving. Voor visserij valt het beprijzen van CO2 op. De berekeningen wijzen in de richting van 3-4 cent per liter.
De plannen van Timmermans worden nu besproken met het Europese Parlement en de lidstaten, maar de eerste reacties (op het hele pakket) zijn beslist niet afwijzend. De kans dat visserij veel aandacht gaat krijgen in het bespreken van de 12.000 pagina’s die het hele Fit for 55 document is niet zo groot.
Daarom is het nodig in dit dossier samen op te trekken met de beroepsvaart en krachten te bundelen in de Europese lobby. Deze beprijzing van brandstof staat overigens nog los van de acties in WTO verband om te komen tot het heffen van accijnzen op brandstof.
Green Deal
In het kader van Green Deal komt er echter nog meer op de visserij af, zoals het actieplan biodiversiteit. Daar wordt aangegeven dat er in 2030 een totaaloppervlakte van 30% aan beschermde gebieden met ‘passende maatregelen’ moet liggen.
Beschermde gebieden hoeft niet te betekenen gesloten gebieden en de EU geeft ook aan dat wind en natuurbescherming gecombineerd kunnen worden. ICES heeft over deze plannen recent aan de Europese Commissie advies uitgebracht, in het kader van KRM en N2000 maatregelen.
Farm to Fork
De Europese Commissie heeft nog meer plannen, bijvoorbeeld in het kader van Farm tot Fork, waarbij vis van een duurzaamheidsindicator moet worden voorzien en in het kader van de terugdringen van de negatieve effecten van visserij op het bodemleven.
Daarbij komen de bodemtuigen met de meeste impact als eerste onder vuur te liggen. De ambities zijn ook hier om snel grote stappen te zetten zodat in 2030 de balans van de vooruitgang (?) opgemaakt kan worden.
Al deze plannen en maatregelen lijken bij voorbaat op steun uit het Europese Parlement te kunnen rekenen en ook vanuit de lidstaten worden maar heel weinig kritische tegengeluiden gehoord. Dat is verklaarbaar, want het treft slechts een handvol lidstaten, waaronder helaas, ook Nederland.
Grote vraag is of en hoe de Nederlandse kottersector zich in de Europese discussies hierover moet mengen of niet.