Ondanks dat de partijen hun uiterste best doen op korte termijn een overeenkomst te sluiten is het nog steeds niet gelukt om overeenstemming te bereiken over de door Europese Unie (EU) en het Verenigd Koninkrijk (VK) gedeelde visbestanden. Voor bestanden die hiervan onderdeel uitmaken zijn opnieuw voorlopige vangstmogelijkheden toegekend. Voor de bestanden die onderdeel uitmaken de EU – VK – NO-onderhandelingen is het besluitvormingsproces wel afgesloten met definitieve contingenten tot gevolg.
Er zijn tijdens de Visserijraad van vorige week voor een aantal bestanden opnieuw voorlopige vangstquota vastgesteld, omdat de onderhandelingen tussen de EU en het VK nog steeds niet zijn afgerond. Hierbij gaat het voor de kotters o.a. om de belangrijke bestanden tong, Noorse kreeft, tarbot/griet en rog.
Deze voorlopige vangstmogelijkheden gelden tot en met 31 juli 2021. De voorlopige hoeveelheden zijn over het algemeen vastgesteld op 7/12 deel (7 maanden) van de verwachte hoeveelheden voor heel 2021.
Voor tong wordt hierbij uitgegaan van een verhoging van de TAC met 22%. Bij tarbot/griet wordt gerekend met een verlaging met 10%. Bij rog met een verlaging met 5% en bij Noorse kreeft -15%.
Ondanks dat de delegaties tijdens het afgelopen weekeinde doorvergaderd hebben, is de beoogde datum van 1 april niet gehaald. Mocht er op korte termijn toch een deal gesloten worden, dan zal met het vaststellen van de definitieve vangstmogelijkheden niet gewacht worden tot eind juli.
Voor bestanden die de EU met het VK en Noorwegen deelt zijn wél definitieve hoeveelheden vastgesteld. Dit betekent dat voor deze bestanden voor de rest van dit jaar definitieve quota en contingenten zijn vastgesteld. Schol is ten opzichte van vorig jaar op 98,16% bepaald, kabeljauw op 80,58% en wijting op 116,07%.
Deductions
Voor een aantal TAC’s (waaronder schol Noordzee, schol Skagerrak en wijting Noordzee) staan de deducties die door de Europese Commissie (EC) worden toegepast voor vrijstellingen op de aanlandplicht ter discussie.
Een eventuele aanpassing van deze berekeningen heeft geen gevolgen voor de contingenten schol en wijting, omdat Nederland deze hoeveelheden zelf al achterhield.
Voor schol Skagerrak heeft deze aanpak echter wel gevolgen, omdat er veel meer gekort wordt dan de 2% ten gevolge van de TAC-aanpassing. Nederland heeft samen met diverse andere lidstaten bezwaar gemaakt tegen deze aanpak van de EC.
VisNed gaat er vanuit dat binnenkort het Skagerrakquotum alsnog op de juiste manier berekend wordt, maar voorlopig hebben we in Nederland zo’n 500 ton te weinig toegewezen gekregen.
RVO heeft positief gereageerd op het verzoek van VisNed dat voor de afgifte van de nieuwe documenten geen leges in rekening worden gebracht.
Ruilvoorstellen
Een belangrijk onderdeel van de gesprekken tussen de EU en het VK is hoe de toekomst van de ruilen tussen de verschillende lidstaten en het VK vorm moeten krijgen. Eigenlijk wil iedereen dat er een flexibel systeem komt, naast een ruil bij de totstandkoming van de overeenkomst, ook meerdere momenten gedurende het visjaar.
De Europese Commissie heeft daartoe inmiddels voorstellen aan het VK gedaan en de visserijsector zou verheugd zijn als deze voorstellen overgenomen worden omdat er meerdere momenten door het jaar heen in het Commissievoorstel staan.
Om de Europese Commissie te helpen zijn vanuit verschillende lidstaten ruilen aangeboden die nu alvast met het VK gedaan kunnen worden. Ook vanuit Nederland hebben we zo’n voorstel gedaan.
In totaal is 90 ton Noordzee-kabeljauw aangeboden in ruil voor een flinke hoeveelheid Noorse kreeft, Zeeduivel Noorse zone, Noordzee-rog en een aantal bestanden in het Engels Kanaal.