Vorige week kwamen verspreid over meerdere dagen de leden van de Noordwestelijke Wateren Adviesraad (NWWAC) bijeen voor het bespreken van tal van onderwerpen. In de regionale werkgroep voor het Kanaal werd door meerdere Franse vertegenwoordigers de aanval geopend op de Flyshooters die in dit gebied vissen. Er komen er te veel waardoor het veel te druk wordt met daarbij zorgen over het beheer van de bestanden.
Uiteraard werden ook deze bijeenkomsten digitaal georganiseerd. Ondanks simultaanvertalingen in de drie werktalen Engels, Frans en Spaans blijft deze manier van overleggen behelpen. Veel onderwerpen passeerden de revue en er werden verslagen besproken van tal van werkgroepen zoals de vangstmogelijkheden 2021, Brexit, Technische maatregelen, de Controle Verordening, aanlandplicht, managementplannen en de EU Green Deal.
Met het oog op Brexit en het uit de adviesraad stappen van de Britse vertegenwoordigers wordt overlegd over het functioneren van de adviesraad, waarbij statuten en benoemingsprocedures onder de loep genomen worden. Hierbij is een actievere opstelling van de Europese Commissie van belang, want die laat nogal te wensen over.
Ook kwam de vraag aan de orde hoe om te gaan met Britse waarnemers in de vergaderingen van de NWWAC. Deze adviesraad moet immers ook een weg zoeken in hoe het beheer van bestanden in verschillende gebieden het meest efficiënt kan gebeuren, nu de belangrijkste speler in de westelijke wateren geen lid meer is van de Europese Unie.
Flyshootvisserij
In de werkgroep Engels Kanaal werd uitgebreid gesproken over het beheerplan voor de Flyshootvisserij. De stand van zaken van de maatregelen waarover overeenstemming is bereikt werd gecommuniceerd, waarbij het de bedoeling is dat eind deze maand vertegenwoordigers van de vier betrokken landen bij elkaar komen om de Gentlemen’s Agreement definitief af te tikken. De laatste stand van zaken kunt u HIER lezen.
Echter in de Werkgroep-vergadering gingen diverse vertegenwoordigers uit Frankrijk helemaal los op de uitbreiding van de Flyshootactiviteiten in het Kanaal waarvoor zij één land verantwoordelijk houden: Nederland.
Opgemerkt werd dat de problemen inmiddels groot zijn, er resteert nog weinig vis en er moet op heel korte termijn ingegrepen worden. De verklaringen waren duidelijk gericht tegen de doorgaande expansiedrift van de Nederlanders, al dan niet onder buitenlandse vlag. Hiervan zijn er inmiddels te veel en ze worden groter en groter, aldus Franse visserijvertegenwoordigers.
Van Franse zijde wordt naast een beperking in zeedagen ook gepleit voor een verbod in VIId (Oostelijk Engels Kanaal) van Flyshooters langer dan 25 meter. Er werd door Frankrijk gewezen op een artikel in een EU-verordening uit 2018 waarin een bepaling staat dat de effort in VIId gebaseerd moet zijn op de jaren 2006 of 2007. Daarover wordt opheldering gevraagd bij de Europese Commissie.
In de Brexitdeal zijn ook zaken vastgelegd over het beheer van non-TAC-soorten. Hierover moeten de EU en het VK nadere afspraken maken maar er is wel vastgelegd dat ten behoeve van vangstlimieten gekeken moet worden naar de basisjaren 2012 – 2016. Het is duidelijk dat na 2016 de visserij op ongequoteerde soorten verder ontwikkeld is en dat er sindsdien in diverse landen meerdere flyshooters bijgekomen zijn. Hoe dit in deze context ingevuld gaat worden is volstrekt onduidelijk.
Wijzen naar één groep geen oplossing
In de vergadering is vanuit VisNed erkend dat we moeten concluderen dat het steeds drukker wordt in het Kanaal en dat maatregelen nodig zijn. Volgens het Engelse Fishing News is er zelfs een overleg opgestart tussen Franse en Engelse visserijorganisaties om de Nederlandse flyshootvissers, ongeacht de vlag, te weren van de visgronden of te confronteren met sterke beperkingen.
Er is door VisNed aangegeven dat het onterecht beschuldigen van één land c.q. groep vissers niet de juiste weg vooruit is. Wij beschuldigen de Fransen immers ook niet dat zij het aantal Flyshooters in enkele jaren van 0 naar 28 vaartuigen hebben gebracht.
We zullen in gezamenlijkheid de problemen moeten adresseren, bespreken en met oplossingen moeten komen. De Gentlemen's Agreement is een eerste stap, er zullen zeker op het gebied van effortbeperkingen in relatie tot meerdere gebieden aanvullende afspraken gemaakt moeten worden om een duurzame visserij te waarborgen. Een overleg tussen visserijvertegenwoordigers uit de vier betrokken is dringend gewenst, hopelijk kan dat heel snel face to face.