Het Uitvoerend comité van de Noordzee Adviesraad (NSAC) kwam afgelopen week in Brussel bijeen. Na afronding van alle werkzaamheden rond de verhuizing van Aberdeen naar Zoetermeer en de zomervakanties is het drukke werkprogramma enthousiast ter hand genomen. In de Brusselse vergadering werd de nieuwe directeur van de Deense visserijorganisatie, Kenn Skau Fischer, tot nieuwe voorzitter van het Uitvoerend comité gekozen. Irene Kingma van stichting de Noordzee en de Schot Mike Park werden tot vicevoorzitter benoemd.
Om de efficiëntie te vergroten wordt er veel op afstand vergaderd, recent o.a. over de nieuwe regels voor wegwerpplastic (waar ook visnetten onder vallen) en over de processen om te komen tot vaststellen van gebiedsbescherming. Het nieuwe secretariaat in Zoetermeer is ‘up and running’ en dat is een compliment aan Tamara Talevska die dat secretariaat bemenst en aan Noor Visser die de overgang van Schotland naar Nederland heeft geregeld. De NSAC was immers het eerste slachtoffer van de Brexit en moest haar zetel verplaatsen vanuit het Verenigd Koninkrijk.
Afscheid van voorzitter Niels Wichmann
Het benoemen van een nieuwe voorzitter is onlosmakelijk verbonden met het vertrek van de zittende voorzitter, de Deen Niels Wichmann. Wij kennen Niels niet alleen als een prima collega van VisNed, maar Niels heeft ook de NSAC in rustiger water geloodst in de tien jaar waarin hij de NSAC voorgezeten heeft.
Toen Niels aantrad, had de EU de regels voor de Adviesraden aangepast en daardoor was er een financieel zorgelijke situatie ontstaan. Op zijn eigen wijze heeft Niels iedereen weten te motiveren om mee te werken aan een oplossing die gerealiseerd is. VisNed is Niels daar zeer erkentelijk voor en we zijn er van overtuigd dat alle NSAC partners, vanuit visserij en NGO’s, die mening delen. In het voorjaar van 2020 zullen we als NSAC officieel afscheid nemen van Niels.
Vragen over gebiedssluitingen
Behalve formaliteiten, sprak het Uitvoerend comité ook over inhoudelijke zaken. Op aangeven van de demersale werkgroep is besloten om vanuit de NSAC een brief te schrijven naar de Europese Commissie. Aanleiding waren de maar niet beantwoorde vragen rondom nut en noodzaak tot het sluiten van de Scholbox.
De vraagstelling is echter breder dan alleen de Scholbox. Er is gevraagd om de NSAC te informeren over de effecten op het ecosysteem en de biodiversiteit die visserij-sluitingen hebben. De NSAC wil graag weten wat deze effecten zijn, alvorens te besluiten tot nog meer sluitingen. Die sluitingen worden namelijk mogelijk gemaakt door de nieuwe Technische Maatregelen verordening.
Afscheidsronde DG Machado
De hoogste ambtenaar van DG Mare, de Portugees Joao Aguiar Machado, is na ruim vier jaar, door de EU op een nieuwe positie benoemd. Hij kwam bij de NSAC langs om enerzijds afscheid te nemen en anderzijds een doorkijkje te geven naar toekomstig beleid. De invoering van de aanlandplicht stond nadrukkelijk in zijn spreektekst. Hij bevestigde nogmaals zijn positieve beeld van het invoeringstraject. Een beeld wat vanuit de visserijsector niet gedeeld wordt.
Tegelijkertijd is iedereen wel positief over de enorme inzet die vanuit de lidstaten wordt gepleegd om te werken aan zo goed mogelijke implementatie van de regelingen. Daardoor is de gevreesde onwerkbaarheid in de Noordzee tot nu toe grotendeels uitgebleven, maar dat is een kwestie van tijd.
Zorgelijk was zijn opmerking dat de evaluatie van het beleid pas in 2022 gepland staat. Dat is voor VisNed veel te laat. VisNed is ook voor het verbeteren van selectiviteit en verminderen van discards, maar dan wel via een regeling die nut heeft en door vissers uitvoerbaar is. Dat is met de huidige regeling niet het geval.
Brexit werkgroep
De NSAC heeft ook een werkgroep ingesteld om te bekijken hoe de samenwerking rond de Noordzee, zoals nu in NSAC verband vorm gegeven, moet worden voortgezet. Dat valt in twee delen uiteen: het functioneren van de NSAC binnen de EU kaders en het samenwerken met visserij en NGO’s uit het Verenigd Koninkrijk na Brexit.
Aan Pim Visser is gevraagd deze werkroep voor te zitten. Het was goed om vorige week voor het eerst openlijk met alle leden, inclusief de Britten, over dit onderwerp van gedachten te wisselen. Dat we ook hier een ingewikkelde taak hebben en voor een flinke uitdaging staan behoeft geen toelichting.