VisNed heeft er vertrouwen in dat in de discardsplannen voor 2019 werkbare voorstellen kunnen worden opgenomen die zorgen voor uitzonderingen op de aanlandplicht. Dat zijn de bestaande maatregelen voor Tong, het Vlaams paneel en aanvullende maatregelen voor andere vissoorten. Die plannen zijn in Nederland uitgewerkt in het kader van de uitvoeringsagenda en worden komende week in een bestuurlijk overleg besproken met Minister Schouten.
Dit pakket aan maatregelen is er niet zonder slag of stoot gekomen. Daar is door LNV, door VisNed, maar ook door NGO’s veel tijd en creativiteit in gestoken. Via EAPO in Brussel, via de NSAC in Londen en bij LNV in den Haag. VisNed heeft het voortouw op het overlevingsdossier voor Schol, Rog, Tarbot en Griet. Voor het garnalendossier is de NVB eerste aanspreekpunt.
Pakket aan maatregelen moet chaos voorkomen
Als er geen uitzonderingen komen wordt het chaos. Dat wil niemand. Maar er moet wel iets aan het discardsprobleem gedaan worden. Overleving moet hoger door andere verwerking en betere vangstbehandeling. Er moeten minder discards komen door het vermijden van gebieden met hoge concentraties discards; het vermarkten van scholletjes die nu nog net de maat niet hebben en door het opbouwen van kennis.
Onze onderzoeksresultaten essentieel
Al vier jaar draaien we aanlandplichtprojecten. Daar doen naast de wetenschappers van VisNed en WMR gemotiveerde schippers en bemanningen aan mee. Dat werk en die gezamenlijke inzet werpt nu haar vruchten af. De vanaf de vloot aangeleverde gegevens zijn de basis voor de gesprekken over uitzonderingen. We hebben daarbij ook te maken met tegenslag. De overleving van schol is lager dan eerst verwacht en de projecten vergen meer doorlooptijd dan ons lief is. Toch rekent VisNed er vast en zeker op dat die inzet uiteindelijk wordt beloond. Daardoor kan voor enkele jaren een tijdelijke uitzondering verkregen worden. Tijd om ons onderzoeks- en ontwikkelingswerk af te maken. Daar gaan we nog een schep bovenop doen. VisNed heeft voorgesteld dit en volgend jaar nog vijf extra discardsreizen te doen om kennis op te bouwen. Maar ook zijn we onderzoek gestart naar de verwerking en vermarkting van wat in jargon “schol vijf” is gaan heten. En onderzoek naar betere overleving door ander netwerk en betere verwerking aan boord. Verder gaan we onderzoek doen naar betere en automatische registratie van vangsten. Dat laatste is de veelbesproken cameratechnologie met beeldherkenning. Niet van mensen (die krijg je niet te zien) maar wel van vissen. Het is een techniek die in de visserij nog in de kinderschoenen staat overigens. Maar aan dat onderzoek en die ontwikkeling moeten we vanuit VisNed zeker wel mee doen. Anders komt 'fully documented fishery' straks zonder onze praktijkinbreng over onze vissers heen. Heel veel (extra) inzet die van het VisNed team en de vissers gevergd wordt. Maar die tegelijkertijd gewaardeerd en beloond wordt. Inzet die ook echt moet, echt nodig is. Want het alternatief, “chaos”, is voor niemand aantrekkelijk. De plannen voor 2019 zijn inmiddels door LNV uitgewerkt en we rekenen op een positief resultaat bij de overleggen tussen lidstaten rond de Noordzee.
Serieuze naleving
Dat alles vergt van de sector wel dat we een serieuze partner zijn. Dat betekent dat er serieuze naleving van regelgeving in het algemeen en afspraken rond de uitzonderingen op de aanlandplicht moet zijn. En dat vissers consequent moeten zijn. Als we van de geboden uitzonderingen gebruik willen maken, dan hoort daar de verplichting tot maatregelen bij. Als vissers die maatregelen niet willen nemen, dat is dat geen probleem, maar dan is er geen uitzondering op de aanlandplicht. Zo simpel is dat. In de loop van dit jaar werken we de plannen voor 2019 verder uit en via deze nieuwsbrief en bijeenkomsten in het najaar houdt VisNed de vloot geïnformeerd.